ZOUTELANDE
Rob en Miriam waren
helemaal niet blij met de vriend van hun dochter Lilian. Niet dat hij niet
aardig was, maar er was iets met hem, al wisten ze niet wat.
Hij was ook een stuk ouder
en had al meerdere relaties achter de rug. Hun dochter was net achttien
geworden, volwassen en tot over haar oren verliefd.
Wat kan je als ouders
doen! Laten merken dat je niet zo blij bent met deze relatie of hem
binnenhalen. Ze kozen voor het laatste, maar hielden het angstvallig in de
gaten.
Tot ze met de mededeling
kwam dat ze met hem voor een lang weekend wegging. Toen werden ze pas echt
ongerust. Ze wist nog niet waarheen. Ze zou wel bellen als ze er was. Ze
moesten het maar zien als hun gezamenlijke avontuur. Niets bespreken en zomaar
op de bonnefooi vertrekken op de motor. "Motorrijden leek haar helemaal
fantastisch", zei ze met een dromerige blik.
Ze konden praten als Brugman,
maar zij was vastbesloten. Dus lieten ze haar gaan met de belofte haar mobiel
altijd bij de hand te houden en te bellen als het nodig was en vooral te laten
weten waar zij was.
Met bezwaard hart en dat
ze vooral voorzichtig moesten zijn, zwaaiden ze hen uit.
Het was druk op de weg en
het begon licht te regenen toen ze na Breda, bij een wegrestaurant, koffiedronken.
Het was nog lang geen zomer en de lucht was licht grijs. Ze bespraken waar ze
heen zouden gaan, totdat ze door de restaurant speakers het liedje Zoutelande
van Bluf hoorden. Gerard begon te grijnzen en zei: “Hebben jouw grootouders
niet een huisje in Zoutelande”?
“Ja, maar hoe weet jij
dat?” vroeg Lilian.
“Een beetje research”,
antwoordde hij of misschien heb jij of je ouders het erover gehad “.
Ze kon het zich niet
herinneren, het zou kunnen.
“Met deze regen wil ik
niet zo ver rijden op de motor, dat kan best link zijn.”
Dat klonk haar heel
redelijk in de oren, maar toch moest ze even omschakelen. Parijs klonk toch
veel verleidelijker, de stad van de liefde! Ze was licht teleurgesteld maar
herstelde snel.
Het huisje van haar Opa en
Oma lag verscholen in de duinen met het strand vlakbij. Ze zouden daar helemaal
alleen zijn en dat trok haar ook wel aan.
“Oké, maar dan moet ik ze
wel even bellen of ze het goed vinden”. Ze zijn er al heel lang niet meer
geweest en ik weet niet of de sleutel nog op de geheime plek ligt.”
“Nee, niet bellen, laten we eerst even gaan
kijken en dan kan het altijd alsnog”.
Ze reden naar zeeland en
dat was eigenlijk best nog ver als je niet gewend ben om achterop een motor te
zitten. Ze vond het heerlijk om zo achter zijn warme rug te zitten met haar
armen om hem heen. Het gaf haar een geluksgevoel.
Ze raakte een beetje
opgewonden en begon ernaar te verlangen om samen met hem in het knusse huisje
in de duinen te zijn.
Het begon harder te
regenen en ze was blij dat ze er bijna waren. Ze moest nog wel even zoeken, het
dorp was een beetje veranderd en ze liet hem tot twee keer toe verkeerd rijden, maar
uiteindelijk waren ze er. Het huisje lag net buiten het dorp een hotel en een strandtent
in de buurt. Ze was er vroeger vaak geweest en had daar hele zomervakanties doorgebracht.
Gelukkig lag de sleutel
nog steeds op dezelfde plek en konden ze naar binnen. Het rook een beetje
muffig en nadat zij alle ramen had open gegooid was die lucht snel verdwenen.
Gerard ging snel het haardvuur aanmaken en Lilian ging koffiezetten. De geur
van vers gezette koffie en haardvuur voelde heel vertrouwd. Ze dronken koffie
en Lilian wilde haar oma en haar moeder bellen, maar Gerard zei haar daarmee te
wachten. Het zou toch veel spannender zijn als niemand wist dat zij hier waren.
“Kom dan gaan we een strandwandeling maken en laten we lekker ons hoofd leeg
waaien.”
De zon kwam warempel door
de bewolking kijken en leek alsof hij hen toelachte. De zee was woelig en
grijs, de lucht bezaaid met prachtig wolken en hier en daar een stukje blauw. Meeuwen
krijsten. Het Hotel en de strandtent waren nog dicht zodat het strand er
verlaten bij lag.
Ze kusten elkaar innig en
daarna liepen zij met de armen om elkaar heen door het mulle zand, de wind in
hun rug.
Terug in het huisje begon
de wind aan te wakkeren, het was inmiddels donker geworden. Ze stookten het
hardvuur op en dronken een glas wijn. Ze verdronken in elkaars ogen. Totdat
Lilian opschrok en zei dat ze nu toch echt haar ouders moest bellen. Ze zocht
naar haar telefoon, maar kon hem nergens vinden. Ze was even in paniek, zou ze hem verloren
hebben langs het strand. Nu in het donker zou ze hem nooit terugvinden.
"We gaan
morgen wel zoeken" zei Gerard." Waarschijnlijk ligt hij ergens in het zand. Nu
kunnen we hem toch niet vinden".
Lilian piekerde zich suf. Hoe kon hij uit haar
zak vallen, ze had vrij diepe zakken in haar jas.” Mag ik dan even met jou
telefoon bellen”? vroeg ze.
“Helaas is mijn stroom op,
je zal dus moeten wachten.” was zijn antwoord.
“Maar kom, wij hebben
belangrijker zaken te doen", zei hij terwijl hij haar de trap naar de
slaapzolder opdroeg. Ze giechelde en op dat moment ging het licht uit.
Thuis werden Rob en
Miriam, de ouders van Lilian, behoorlijk ongerust toen ze maar niets van hun
dochter hoorden. Ze zou nu toch allang in Parijs aangekomen moeten zijn. Hoewel
het helemaal niet zeker was dat ze naar Parijs waren gegaan. Ze probeerden haar
te bellen, maar haar telefoon stond uit. Vreemd, omdat ze haar gevraagd hadden
haar telefoon altijd bij haar te houden.
“Ach”, zei Rob, “Ze is
jong en verliefd, heb nog was geduld”.
Maar moeders kunnen soms
een voorgevoel hebben, dus ging zij wat googelen.
Toen zij zijn naam in
tikte kwam ze bij een paar ex vriendinnen. Na nog wat speurwerk op het internet
had zij een telefoonnummer gevonden van een ex-vriendin. Ze belde haar
onmiddellijk. Wat ze toen te weten kwam maakte haar nog veel meer ongerust. Ze
hoorde n.l. dat Gerard lijdt aan Borderline, een persoonlijkheidsstoornis. Als
hij op tijd zijn medicijnen in neemt, kan het geen kwaad hoor, stelde zij haar
nog gerust. Maar dat maakte haar er niet geruster op. Snel zocht zij op wat de
symptomen van Borderline zijn.
Het is een
persoonlijkheidsstoornis met een grote verscheidenheid aan symptomen en
gedragingen en iemand kan soms onvoorspelbaar reageren.
Je voelt je snel
afgewezen en bent bang om door mensen die belangrijk voor je zijn in de steek
gelaten te worden. Je kan sterk emotioneel reageren als dat dreigt te gebeuren.
Het lijkt soms of iemand 2 verschillende personen zijn. Het kan ook nog veel
erger dat zo iemand gewelddadig wordt.
Miriam hoopte maar dat hij
zijn medicijnen in nam, dan zou er niets met hun dochter gebeuren. Ze zou blij
zijn als ze weer veilig thuis was.
Terug naar Lilian en
Gerard.
Daar stonden ze in het
pikdonker halverwege de trap. Lilian zei giechelend; “Oh, vast een
stroomstoring, dat maakt het extra spannend!”. Hij liet haar voorzichtig los en
met handen en voeten liepen zij de trap verder op. Gierend van de lach, plofte
zij op het bed, toen een enorme lichtflits de ruimte verlichtte. De donder kwam
er vlak achter aan met een oorverdovend geweld.
Ze schrokken zich een hoedje
maar meteen herstelde Lilian zich en zei: ”Oh, nou snap ik waar die
stroomstoring vandaan kwam”.
Bij de volgende flits zag ze Gerard z’n gezicht en
daar schrok ze wel van. Zijn gezicht stond angstig en was spierwit. Ze zag
paniek in zijn ogen. Lilian vroeg bezorgd; “Wat is er met je, ben je bang voor
onweer of voor het donker? ”
Hij pakte haar wild bij de
schouders en schudde haar door elkaar, terwijl hij riep; “Zie je dat dan niet,
de duivel is hier binnengedrongen en wil ons vermoorden. Haal snel een mes.”
Ze
rende zo snel als mogelijk was in het donker naar beneden op zoek naar een
zaklantaarn of zoiets, zodat ze licht kon maken, dan zou hij wel kalmeren. Een
zaklantaarn kon ze zo snel niet vinden maar wel een kaars en lucifers. Snel
rende ze terug naar boven om licht te kunnen maken. Terwijl ze hem hoorde schreeuwen;
“Laat ons met rust, ik wil haar niet verliezen, je krijgt haar niet, ze is van
mij”. Lilian werd er bang van. In deze toestand wilde ze hem geen mes geven.
Dus gaf ze hem de kaars en de lucifers. “Wat moet ik hier mee, schreeuwde hij”.
Ze pakte het terug en stak met trillende handen de kaars aan, die hij meteen
uit haar handen sloeg. De kaars vloog door de lucht en het vlammetje kwam op
het kleed terecht wat gelijk vlam vatte. Het vuur was snel om hen heen.
“Kom
snel naar beneden, riep ze. Maar hij kwam niet, hij moest en zou de “duivel”
verslaan.
“Er is geen duivel”, schreeuwde ze terug. Ze rende naar buiten en
riep zo hard als ze kon “Brand, Brand”!!! Ze rende terug het huis in en riep “Gerard,
Gerard”!!!
Maar geluk bij een
ongeluk, was net de eigenaar van het naastgelegen hotel aangekomen en zag de
vlammen uit het dak slaan. Hij belde meteen 112 en 10 minuten later was de
brandweer er. Ondertussen rende hij naar het huisje waar hij een in paniek
geraakte Lilian opving. Samen trokken ze Gerard die inmiddels buiten bewustzijn
was naar buiten. Ze rolden hem in een blusdeken en wachten tot de ambulance er
was. Intussen hadden ze zelf ook flink wat rook ingeademd. Daarna ging alles in een stroomversnelling.
Gerard werd met spoed naar het ziekenhuis gebracht en Lilian en de hoteleigenaar
werden door ambulancepersoneel onderzocht en mochten naar huis.
De politie was
inmiddels ook gearriveerd.
Waar de mensen opeens vandaan kwamen, snapten ze
niet. Het anders zo rustige dorp was opeens wakker geschut. De brand was inmidddels door de brandweer geblust. Hoewel het beperkt tot de slaapzolder was gebleven Toch kon Lilian er niet slapen. Gelukkig
mocht zij, in het nog niet geopende, hotel slapen.
Huilend belde ze haar ouders en vertelde met horten en stoten wat er was gebeurd. We komen gelijk naar je toe, zeiden ze. Een uurtje later sloten ze elkaar in de armen. Haar vader sprak met de politie en daarna gingen zij naar het hotel, om nog een paar uurtjes te slapen. Het was intussen al erg laat geworden. “Morgen praten we verder”, zei haar vader.
Huilend belde ze haar ouders en vertelde met horten en stoten wat er was gebeurd. We komen gelijk naar je toe, zeiden ze. Een uurtje later sloten ze elkaar in de armen. Haar vader sprak met de politie en daarna gingen zij naar het hotel, om nog een paar uurtjes te slapen. Het was intussen al erg laat geworden. “Morgen praten we verder”, zei haar vader.
De volgende ochtend na het
ontbijt volgden er een stevig gesprek. Lilian was behoorlijk geschrokken en voelde ze zich enorm schuldig. Ze had nooit zomaar zonder toestemming naar het huisje
mogen gaan. En vuur op de zolder, waar alles van hout was, was ook heel dom.
Maar een mes halen was ook geen goed idee geweest. Ze was bang van hem
geworden en wist niet wat te doen
Haar ouders vertelden haar
over zijn persoonlijkheidsstoornis en ze moest verschrikkelijk huilen. “Wat
moet ik nu, ik hou van hem”.
Ze gingen
naar het ziekenhuis waar het gelukkig erg mee viel met zijn brandwonden, hij
had wel heel veel rook ingeademd. Hij was volledig bij bewustzijn.
Hij begon gelijk met verwijten dat zij hem in de steek had gelaten en snel naar haar ouders was gevlucht. “Zie je wel”, zei hij. “Je bent net als al die anderen, als het moeilijk wordt laat je mij in de steek”. Lilian was verbijsterd en zei, “Ik geef daar nu geen antwoord op, als je gekalmeerd ben kom ik terug”. Ze leek opeens echt volwassen te zijn geworden. “Kom”, zei ze tegen haar ouders. “We gaan “.
Hij begon gelijk met verwijten dat zij hem in de steek had gelaten en snel naar haar ouders was gevlucht. “Zie je wel”, zei hij. “Je bent net als al die anderen, als het moeilijk wordt laat je mij in de steek”. Lilian was verbijsterd en zei, “Ik geef daar nu geen antwoord op, als je gekalmeerd ben kom ik terug”. Ze leek opeens echt volwassen te zijn geworden. “Kom”, zei ze tegen haar ouders. “We gaan “.
Buiten op de gang kwamen
zij de dokter tegen die hen vroeg even mee te komen. De dokter vertelde hen,
dat Gerard na zijn behandeling opgenomen zou worden in een speciale kliniek
voor Psychische patiënten. Patienten met deze stoornis kunnen heel gevaarlijk worden. Zij had geluk
gehad, het had voor haar veel erger af kunnen lopen.
Ze liep terug naar Gerard om afscheid van hem te
nemen, toen ze zag dat hij haar mobieltje in zijn hand had. "Wat…. Hoe kom jij
daar aan?" "Ik wilde niet dat je iemand zou bellen, zodoende heb ik hem voor je
bewaard. Maar nu mag je hem terug".Lilian was te boos om ook maar iets te zeggen en met tranen in haar ogen liep ze weg. Het moeilijkste moest nog komen. Ze moest haar Opa en Oma gaan vertellen dat de helft van de zolder van hun vakantie huisje was afgebrand. Hoe ze dat moest doen wist ze nog niet.
Terwijl ze naar buiten liep hoorde ze in de verte het liedje van Blof, "Zoutelande." Ze huilde!
Leuk verhaal, goed en vlot te lezen. Knap hoor
BeantwoordenVerwijderen